Er staat niets op de agenda. |
FENDT-DIESELROSS
Fendt is ontstaan uit een oud familiebedrijf met een lange historie. In 1639 was er in het Oberdorfer Cronik een Sylist Fendt die bekend stond als een vaardig slotenmaker. Nazaten van hem bouwden in de jaren na 1800 een loodtrekmachine voor het inzetten van glas in loodramen bij voorbeeld in kerkgebouwen. Deze machine werd omstreeks 1900 door Peter-Paul Fendt over de hele wereld geëxporteerd. In 1928 bouwde de duitse boer Johann Georg Fendt samen met zijn zoon Hermann een zelfrijdende grasmaaier met een 4 pk Deutz-benzinemotor.
In eerste instantie was het apperaat bestemd voor eigen bedrijf, maar al spoedig trok het veel belangstelling uit de omgeving. De tractor werd “Dieselross” genoemd omdat hij de vervanger van het paard was. Dit werd het begin van de Fendt-trekkerfabriek.
Het geringe motorvermogen en de kwetsbaarheid van het geheel, deed Fendt besluiten tot de bouw van een dieselmotor van 6 pk. Deze motor was voor een lichte trekker met maaibalk en eventueel met een aanbouwploeg. Het werd de eerste Fendt-dieseltrekker, die in 1930 op de markt werd gebracht. In 1934 volgde het type F 9 met een vermogen van 9 pk met een Deutz 1 cilinder viertact dieselmotor met verdampingskoeling en dwars in het frame geplaatst. En er werden drie versnellingen aangebracht, het voertuig werd ook voor ander werk inzetbaar gemaakt.
In 1938 werd de F22 met meer vermogen en radiatorkoeling geleverd. In de oorlog was deze F 22 leverbaar vanaf de fabriek met een houtgasgenerator in verband met de schaarste van dieselolie. In het eerste jaar na de oorlog komt de produktie weer opgang, in het eerste jaar worden rond 1000 Dieselrossen afgeleverd. Het laatste type met liggende cilinder kwam uit in 1948 als type F 18 H. In 1949 volgde een geheel nieuw ontwerp : de F 15, uitgerust met een verticale ééncilinder watergekoelde MWM-dieselmotor, type KDW 415E. De F15 was laag gebouwd, had een korte wielbasis en maakte daardoor nog geen moderne indruk. Standaard had F 15 vier versnellingen vanaf 4 tot 17 kilometer per uur. Wel kon reeds een achtversnellingsbak worden geleverd. De later uitgebrachte typen F 15 G 6 en F 15 H 6 hadden dezelfde motor, maar nu standaard met zes gangen waardoor een kruipgang, een grotere maat achterbanden voor het type H van 9 x 32 en hierdoor meer mogelijkheden
Evenmin modern was het type F 25 in normale uitvoering een confectietrekker met een twee-cilinder diesel van MWM. Deze had een volume van 2,360 ccm en een vermogen van 25/28 pk bij 1500 omw/min. De F 25A kon met vierwielaandrijving worden geleverd, maar het gewicht op de voorwielen was relatief gering waardoor de trekkracht niet groot was. Het type F28 H had dezelfde twee-cilinder MWM-dieselmotor, maar was uitgerust met 9 x 36 banden en zes versnellingen vanaf 1.8 tot 20 km/u. Gewicht 1720 kg.
Na 1950 is er uit de F 15 een werktuigdrager F 12 ontwikkeld met langgerekt frame. De werktuigen konden op- of onder het frame worden geplaatst. De 12 pk MWM-motor was vlak voor de achteras aangebracht. In 1953 werd deze trekker als werktuigendrager F 12 GT uitgebracht. De wielbasis werd verlengd van 158 cm naar 230 cm, doch de motor bleef kort voor de achteras geplaatst. Hierdoor ontstond een vrije ruimte van 68 cm onder de trekker en meer mogelijkheden om werktuigen aan te brengen. Er waren twee aftakassen ingebouwd waarvan één evenredig met de voortbeweging kon worden geschakeld en de ander normaal 570 omw/min bij 2000 omwentelingen van de motor. Het motorvermogen van de werktuigdragers is in de loop der jaren steeds toegenomen. Het zwaarste type F 40, voorzien van een watergekoelde drie-cilinder MWM-dieselmotor met een vermogen van 40 pk, en een vijf versnellingsbak. In 1955 heeft Fendt in totaal al 55.000 trekkers geprodu-ceerd.
De Favorit-serie
De F 40 werd vervangen in 1958 vervangen door het type Favorit 1 met dezelfde driecilinder motor en hetzelfde vermogen, doch uiterlijk gemoderniseerd. De Favorit 2 was dezelfde motor, maar nu met een vermogen van 46 pk door verhoging van het aantal omwentelingen tot 2300 omw/min. Deze serie werd in 1964 afgerond met de Favorit 3 met een vier-cilinder
Gelijk met het uitbrengen van de Favorit-serie in 1958 werden ook de andere bestaande typen vernieuwd. De F 12 werd door het type Fix 1 vervangen, met een luchtgekoelde één cilinder dieselmotor van 14 pk. Op verzoek was dit model ook leverbaar met een één-cilinder watergekoelde MWM-dieselmotor met een vermogen 15 pk.
De Fix 2 was ook leverbaar met de keuze van verschillende gekoelde motoren met een vermogen van 18 of 19 pk. Deze typen hadden negen versnellingen vooruit vanaf 0.7 tot 20 km/u.
Fendt Fix 2
De Farmer-serie
In dezelfde periode werd een serie Fendt Farmer-trekkers uitgebracht met eenzelfde uiterlijk als de Favorit-serie. Het kleinste type Farmer 1 Z had dezelfde luchtgekoelde motor als de Fix 2, maar nu met een vermogen 25 pk. De eerste serie van de Farmer 2 had een
watergekoelde drie-cilinder motor van MWM.
In 1961 werd de produktie van de kleinere typen tot 15 pk beëindigd.
De Farmer 1 E met 30 pk werd in 1967 gelanceerd daarna volgende de Farmer 2 DE met een vermogen van 35 pk. Daarna volgde Farmer-S serie met als eerste de 2 en 3 S. In de Farmer 3 S werdt de introductie van de vloeistofkopppeling gedaan. Maar vrij snel volgde dit op alle Fendt trekkers. Deze serie werd uitgebreid met de 4 S en 5 S en Farmer 5 S-A.
In de loop van de jaren vijftig lanceerde Fendt de vloeistofkoppeling om piekbelasting in de rijaandrijving op te vangen. In die tijd waren de Favorit-trekker ontwikkeld voor loonbedrijven en grotere landbouwbedrijven. Fendt ontpopt zich vanaf die tijd als vooruitstrevende fabrikant met innovatieve, soms revolutionaire ideeën, die vaak enkele jaren later in wat aangepaste vorm ook bij de concurrentie zijn te zien.
De Favorit serie bestond uit de de 3 S met een 4 cilinder MWM motor, de 4 S en 5 S en de Favorit 10 S, 11 S en 12 S-A met een 6 cilinder watergekoelde MWM motor. Deze trekkes waren ook leverbaar met 4-wielaandrijving.
Fendt werktuigdragers
Fendt 231 GT
De werktuigendragers van Fendt zijn in 1953 voor het eerst op de markt gekomen, een jaar later dan bij Eicher. Kennelijk is deze ontwikkeling met aanbouwmogelijkheden voor, achter en tussen de wielen bij de praktijk in Zuid Duitsland aangeslagen. In de jaren 60 waren hier al verschillende typens in te krijgen voor als op volging van de F 12, zoals de F220 GT, F 225 GT, F 230 GT, F 231 GT. De F 250 GT, F275 GT waren de op volgers in de jaren 70. Deze werden opgevolgd door nog verschillende systeemtrekkers zoals ze bij Fendt genoemd.
Fendt Agrobil
In 1968 kwam de Baggerlader een graaflaadcombinatie van Fendt en in het jaar 1972 de Agrobil op de markt, dit was eigenlijk een zelfrijdende opraapwagen met een Deutz motor. Dit voertuig is er maar in kleine aantallen geproduceerd. Ze hadden al wel een snelheid van 50 à 60 km/h.
Begin van de jaren zeventig werd de nieuwe Farmer 100 serie voorgesteld, met 3- en 4- cilindermotoren. Deze serie bestaat uit de typen 102, 103, 104S met een luchtgekoelde motor van MWM, in de pk-klasse van 40-50 pk. De 103 S tekend zich door de uitgesproken rustige loop en grote prestaties.
De volsynchroniseerde Fendt groepenversnellingsbak met gelijkmatige en gunstige aangestuurde 13 vooruit en 4 achteruit is zeker een voordeel.
De 4 cilindermodelen 105 S en 106 S met een watergekoelde motor in de pk-klasse van 58 en 65 pk. Deze beschikken o.a. over een onderbelasting inschakelbare 540 en 1000 toeren aftakas, en schijfremmen voor een hoog rijcomfort. In 1977 maakte de 108 S met 75 pk de 100-serie compleet. Al deze trekkers waren uitgerust met aanrijautomaat de Turbomatik.
Fendt Farmer 200-serie
Fendt breidt voordurend het bereik uit dus ook in 1974 met de 200 Serie. Die voor kleinere boerenbedrijven is, maar ook in smalspooruitvoering voor speciale gewassen. De 200 S is uitgerust met een 3-cilinder 40 pk motor en uitgerust op wens ook met 4 wielaandrijving. In 1975 komt de 201 S in het programma ook met drie cilinders, maar met 42 pk. Deze trekkers zijn uitgerust met de dezelfde technische expertise zoals de grote tractoren. De serie 200 V, 203 V en de 203 P zijn er voor tuinbouwbedrijven en boomgaarden. Ze beschikken over een laag zwaartepunt en kleindere breedtes. De serie is omhoog uitgebreid door de grote vraag via de 204 P/V en 205 P.
Fendt Favorit 600-serie
Fendt Favorit 612 LS (eerste uitvoering)
In 1976 komt de vernieuwde Favorit serie uit. Nieuw is de geïntegeerde geluidsarme veiligheidscabine uit eigen fabriek, de hydrostatische besturing, de hydraulische bediening van koppeling en remmen. Alle trekkes hebben een 6 cilinder motor van de bekende motorbouwer MWM. Ze beschikken over de hydraulische turbokoppeling en een automatische werkend differentieelslot in de vooras. Vooralsnog bestaat de serie uit vijf typen. Twee jaren later wordt de serie met twee typen uitgebreid, de lichte 600 LS en het topmodel de Favorit 620 LS met een motor van 185 pk. Dit laatste type heeft een motor van 9,5 l, die voor de vooras geplaatst in een stalen raam en is opgehangen in rubberblokken, om daarmee het overbrengen van trillingen te vermijden. De transmissie heeft 16 versnellingen vooruit en achteruit. Het type 620 wordt in 1980 opgevolgd door de Favorit 622 LSA met een MAN-motor van 210 pk en door de Favorit 626 LSA met 252 pk. Deze typens zijn maar in beperkte aantallen gebouwd.
Fendt Farmer 300-serie
In 1980 wordt de Farmer 300-LS serie leverbaar met zowel achter- of vierwielaandrijving. In 1982 wordt deze serie uitgebreid met twee lichtere modellen, de Farmer 303 LS en de Farmer 304 LS. Beide trekkers hebben een aftakas, schakelbaar op drietoeren- tallen: 540, 750 en 1000omw/min. In 1984 wordt het gat tussen de Favorit 610 LS en de Farmer 309 LS overbrugd met de Farmer 310 LS en 311 LS met een 6 cilindermotor. Deze 300 LS serie heeft een transmissie met in totaal 21 versnellingen vooruit: zes werkversnellingen, die elk over drie trappen onder belasting schakelbaar zijn met daar bovenop drie enkelvoudige wegversnellingen, voor 40km/h.
De Favorit 600-serie wordt vervangen door twee series, de Favorit 500 C en de Favorit 800. Deze laatste zware serie bestaat uit vier typen, alle met een MAN-motor. Het vermogen loopt op van 166 pk tot 230 pk, en ze zijn uitgerust met een viertraps powershift met voorschakeling. Geheel nieuw is de Favorit 500 C serie.
Deze serie ligt tussen de Farmer 300- en de Favorit 800-serie en bestaat uit drie typen motoren, maar het volgende jaar wordt deze serie uitgebreid met nog eens drie typens.
Fendt Xylon
In diezelfde periode laat Fendt ook zien, dat de ontwerpers actief zijn bij de openbaar groen. Dat blijkt uit de lancering van de K-trac 260. In het jaar 1995 wordt de systeemtractor Xylon op de markt gebracht. De Xylon blijkt in de praktijk een te kleine marktaandeel te veroveren en wordt later weer geschrapt.
Fendt Favorit 900-serie
In het jaar 1995 komt het type 926 Vario op de markt, die is leverbaar met een MAN 6 cil-inder motor met turbo en interkoeling. Deze 900-serie wordt nog heel populair in de komende jaren. Eind 1999 introduceert Fendt de 400-serie met de variabele transmissie en in 2002 voor de 800-serie. In 2002 werd met de 930 bij Fendt de 300 pk grens voor het eerst overschreden.
Fendt 926 Vario
Fendt 939 Vario
Het logo van het trekpaard staat nog altijd op de motorkap. Inmiddels is Fendt in Marktoberdorf hét High-tech merk op de markt. In 1996 kwam Fendt als eerste met de traploze Vario transmissie, waar nu ook MF van profiteert. Sinds 1997 behoort Fendt tot het AGCO-concern, een wereldwijde aanbieder van tractoren en landbouwmachines
Schakeltrekkers zijn sinds 2009 niet meer bij Fendt te krijgen. Alleen nog maar traploze van 70 tot 390 pk van de 200 Vario tot en met de 900 Vario serie. Dit jaar denkt Fendt 18.000 trekkers te bouwen. Naast trekkers is er ook een oogstmachinelijn met Agco-combines en persen. Sinds enkele jaren bouwen ze ook haar eigen hakselaar met de naam Katana, waarvan er inmiddels drie moddellen zijn en werken de Beierse ingenieurs aan een hybride trekker.
Herkenbaar voor Fendt-rijders zijn het meedraaiende dashboards, de prima uitgevoerde armleuning en de luxe touchscreen terminal. Rechts is er veel zicht door het ontbreken van de B-stijl.
Fendt 818 Vario + Fendt Hakselaar Katana
De import van Fendt werd in 1960 in ons land verzorgd door Indumij BV te Den-Haag. In 1962 ging het importeurschap over naar Gebr. De Vor in Achterveld en Cehave in Veghel voor Noord-Brabant, Zeeland, Het rijk van Nijmegen, Het land van Maas & Waal. Jaren later is dit Abemec geworden.
Abemec, onderdeel van de Koninklijke Agrifirm Group, is een zelfimporterende dealer van tractoren, multipurpose machines en landbouwwerktuigen. Specialisme van Abemec is landbouwmechanisatie op het boerenerf. Tot de primaire doelgroep behoren agrariërs, loonwerkers – zowel in het agrarisch bedrijf als ook in de bouw - en landschapsbewerkers zoals gemeenten en waterschappen. Naast verkoop van tractoren, machines en werktuigen heeft Abemec als andere belangrijke activiteit het verlenen van service en uitvoeren van reparaties en onderhoud.
Abemec is actief in Noord-Brabant, Noord-Limburg, Zeeland, Gelderland, Utrecht, Zuid-Holland en Groningen. Zij heeft gemiddeld 200 werknemers in dienst waaronder ruim 110 servicemonteurs, werkzaam vanuit 18 werkplaatsen in de regio. Abemec heeft een zeer uitgebreid onderdelenmagazijn, mobiele servicewagens, een 24-uurs storingsdienst en een professioneel occasioncentrum.
Bron: Landbouwtractoren van Misset, Abemec Gilze.
Dit verhaal is samengesteld door: René Verheijen
In het kader van: Boerendag en oldtimershow te Alphen op zaterdag 9 augustus 2014.
Copyright © S.T.T.A. 2010 - 2024